In aanwezigheid van regisseur Robin Vanbesien
vrijdag 13 juni 2025, 14:00-17:00
GC Ten Weyngaert
Gratis inkom
Robin Vanbesien’s ‘hold on to her’ belicht een volkstribunaal, georganiseerd door mensen zonder en met papieren, dat een recent geval van politie- en staatsgeweld in de context van migratiegrenscontroles in België aankaart en onderzoekt.
De vertoning wordt gevolgd door een gesprek met regisseur Robin Vanbesien (gesprek in het Engels).
synopsis
Mawda Shawri, twee jaar oud in 2018, dochter van Phrast en Shamden en zus van Hama, werd doodgeschoten door een Belgische politieagent tijdens een migratiegrenscontrole op een centrale snelweg.
In de zomer van 2023 kwamen meer dan 40 burgers, zowel zonder als met papieren, bijeen in de ontmoetingsruimte van La Voix des Sans Papiers in Brussel om een collectieve hoorzitting te houden over Mawda’s zaak. Door de straffeloosheid van de politie en het gebrek aan verantwoordelijkheid van de staat in deze zaak, lijkt er een spook rond te waren in dit tribunaal.
Deze burgers wijzen de leugens, valse ontkenningen en het schrijnende gebrek aan mensenrechten in de officiële verhalen af en voelen de behoefte om gezamenlijk de waarheid rondom deze zaak te reconstrueren. In hun onderlinge gesprekken voeren ze een publiek tegenonderzoek uit, waarin ze de onderliggende oorzaken van Mawda’s dodelijke oversteek blootleggen en bespreken hoe hier een einde aan gemaakt kan worden. Geleidelijk aan ontstaat er in dit tribunaal ook een ruimte voor een collectief rouwen en helen.

INTERVIEW MET REGISSEUR ROBIN VANBESIEN
Waarom heb je ervoor gekozen om je film te richten op de zaak van Mawda Shawri, een 2-jarig meisje dat in 2018 door de politie werd neergeschoten tijdens een achtervolging van een Iraaks-Koerdische familie op een snelweg in België?
Al enkele jaren werk ik aan kunstwerken en films die verschillende vormen van burgerlijke solidariteit belichten, omdat deze meer dan ooit wereldwijd onder druk staan. Ik besloot me te richten op de solidariteit rond de zaak van Mawda Shawri, toen deze tijdens het proces in 2021 op zijn hoogtepunt was. Sociologe Rachida Brahim wijst erop hoe (dodelijk) politie- en staatsgeweld bijna altijd wordt gevolgd door ontkenning en gaslighting vanwege de politie-instanties en de autoriteiten. Dit kun je zien als een figuurlijke tweede moord, deze keer gericht op de familie en vrienden van de slachtoffers. Dit patroon zien we ook bij andere slachtoffers van politiegeweld in België. Wat de zaak Mawda echter zo opvallend maakt, is niet alleen dat het een tweejarig meisje betrof, maar ook dat de pogingen van de politie en de gerechtelijke onderzoekers om de waarheid te verdoezelen zo schaamteloos en flagrant waren. In dit licht voelde het verzamelen van tegenbewijs door de burgeractivisten buitengewoon noodzakelijk, omdat dit werk de eerste stap naar maatschappelijk rouwen en helen is.
Met deze film wil ik laten zien hoe gewone burgers samen initiatief kunnen nemen om de politie en de autoriteiten kritisch te onderzoeken. Ze kunnen hun acties onder de loep nemen vanwege het schandelijke gebrek aan respect voor mensenrechten en burgerrechten, veroorzaakt door het systemische en structurele racisme dat blijkbaar alle niveaus van onze openbare instellingen doordringt.
In de film wordt de zaak geleidelijk onthuld en verhelderd door de stemmen van activisten, advocaten en journalisten, terwijl de beelden de aanwezigheid van stille getuigen tonen. Er vindt een bijeenkomst plaats in de ruimte van La Voix des sans papiers in Brussel, een politiek grassroots netwerk dat zich inzet voor de rechten van mensen zonder papieren. In hoeverre reconstrueert de film de hoorzittingen die activisten in de twee jaar voorafgaand aan het gerechtelijk onderzoek naar Mawda’s zaak hebben georganiseerd? En in hoeverre fungeert je film zelf als een forum dat naar gerechtigheid zoekt? Wat voor soort forum is dat?
De zaak-Mawda heeft vele solidariteitsinitiatieven op gang gebracht in de maanden en jaren na haar dood, met Comité Mawda Justice et Vérité en #Justice4Mawda als de meest zichtbare. Deze initiatieven leidden tot verschillende vormen van openbare bijeenkomsten: protesten, vergaderingen en publieke gesprekken. Toen ik in 2021 begon na te denken over de film, stelde ik mezelf de vraag hoe ik het collectieve verbeeldingsvermogen van deze bredere intersectionele solidariteit kon overbrengen. Mijn eerste impuls was om ervoor te zorgen dat de dialogen en uitspraken in de film rechtstreeks van de activisten kwamen, zodat wat gezegd werd, de integriteit van hun stemmen, standpunten en perspectieven zourespecteren. Daarom organiseerde ik kleine bijeenkomsten en één-op-één interviews met ongeveer 20 leden van deze solidariteitsinitiatieven, uitsluitend in audio. De dialogen in de film zijn ofwel originele fragmenten uit deze gesprekken of daarop gebaseerde teksten. Voor de heropnames van sommige van deze dialogen vroeg ik dan weer andere activisten om deel te nemen, zodat het solidariteitsnetwerk waar de film op gebaseerd is breder vertegenwoordigd kon worden.
Daarna wilde ik deze verschillende solidariteitsinitiatieven samenbrengen in een fictief forum, waar de dialogen door een klein deel van activisten voor de camera zouden worden geacteerd. Ik vond het belangrijk om een strikte documentaire aanpak te vermijden. Artistiek gezien stelde dit ons in staat om een nauwkeuriger fotografische enscenering van de activisten te realiseren. Het forum, gefilmd in de zomer van 2023, bestond uit de mensen die de oorspronkelijke getuigenissen hadden afgelegd, aangevuld met degenen die enkele van deze uitspraken opnieuw hadden ingesproken. Verder was er een ensemble dat de vocale poëzie voor de film creëerde, en een grote groep mensen—vertegenwoordigd in de film als ‘luisteraars’—die voornamelijk uit activisten van het netwerk La Voix des sans papiers in Brussel bestaat.
Met deze werkwijze wilde ik benadrukken hoe cinema kan functioneren als een ruimte voor samenwerking met grassroots-emancipatiewerk: om vormen van sociale co-creatie (voor en achter de camera) te verkennen die het vermogen oefenen om collectief een maatschappelijk trauma aan te kaarten.
Terwijl ze luisteren naar verhalen in het Frans, Nederlands, Koerdisch en Engels—met citaten uit door de Belgische autoriteiten en media verzonnen verhalen, heldere analyses van advocaten en activisten, en stemmen die woede en verdriet uitdrukken—krijgen de kijkers volop de tijd om een landschap van snelwegen en hun natuurlijke omgeving te observeren. Wat inspireerde je om de plaats delict met zoveel aandacht voor detail opnieuw te bezoeken en verschillende filmtechnieken te gebruiken? Wat brengen deze beelden over aan de kijker?
De dialogen in de film richten zich op het tegenonderzoek van de zaak. Het leek me daarom het meest logisch om de plaats delict opnieuw te bezoeken met de camera, om zo beelden aan te reiken die dit tegenonderzoek helpen ondersteunen. Maar voor mij als filmmaker was het echter cruciaal om me eerst af te vragen wat een snelweg als ‘plek’ betekent – het is een plek die je passeert maar waar je niet bij stilstaat – letterlijk en figuurlijk. Mijn eerste intuïtie was om samen met cinematograaf Diren Agbaba te verkennen hoe we met de camera konden vastleggen wat het betekent om daar te zijn, de visuele details van het leven op en naast de snelweg te observeren, en zo de snelweg als een levendige plek visueel te exploreren.
Ik begon met analoge 8mm-film, wat aansloot bij mijn intuïtie om het beeld van de snelweg te verkennen via poëtische en dromerige fragmenten. We zagen al snel het potentieel vandeze filmische benadering. Zo begonnen Diren en ik te onderzoeken hoe we deze benadering konden toepassen op andere sequenties en scènes die we in digitale HD opnamen. Deze aanpak leidde tot sterk atmosferische en zintuiglijke beelden die context bieden aan de collectieve hoorzitting, zonder dat ze de verhalen ook echt ‘illustreren’.
Ondanks de onrustwekkende bijbetekenis die deze beelden van de plaats delict hebben, kunnen we er ook een uitweg in zien, omdat ik deze plek aan de hand van het camerawerk ook ‘aanwezigheid’, en dus ook toekomst, geef.
De gesproken woorden in de film worden afgewisseld met experimenteel gezang, dat lijkt te worden geïmproviseerd door enkele getuigen in de kamer. Wie zingt hier, en hoe draagt dit gezang bij aan het forum?
Ik wilde benadrukken dat de zoektocht naar gerechtigheid niet enkel via woorden kan lopen, maar evengoed via expressies van het lichaam. Ik had van meet af aan het idee dat de collectieve hoorzitting begeleid zou worden door vocale klankenpoëzie. Als beoefenaar van vocale poëzie binnen het Post Film Collective (een collectief van kunstenaars zonder en met papieren), heb ik geleerd hoe intens en treffend vocale poëzie collectieve gevoelens kan dragen. Tijdens de ontwikkeling van de film heb ik een nieuw tijdelijk collectief van vocale performers opgericht: met Marcus Bergner, Mahmoud Beshtawi, Mirra Markhaeva, Lázara Rosell Albear, Naomi van Kleef, en Khaled Zead. We startten met een luisterworkshop in het voorjaar van 2022 in Aire de Bois de Gard, de snelwegparking die een belangrijk onderdeel van de plaats delict in de Mawda-zaak is. Hier onderzochten we wat het betekent om te luisteren naar een plek die beladen is met recent dodelijk politiegeweld, maar waarvan de zichtbare sporen ontbreken, en waar bovendien de luide snelweg alle andere klanken overstemt. Dit was een bijzondere oefening van de collectieve verbeelding, die ons een sterke, duidelijke oriëntatie gaf bij de creatie van de vocale klanken voor de film.
Een van de leidmotieven van de film is de taal die we gebruiken om deze gebeurtenissen te beschrijven. De hoofdrolspelers reflecteren op het gebruik van bepaalde woorden, zoals ‘migrant’, en formuleren de situatie van politiegeweld tegen migranten in scherpere termen, zoals ‘mensen die op andere mensen jagen’. Op momenten suggereert de film vertrouwen in het vermogen van burgers en betrokkenen om de zaak van Mawda niet te laten passeren, zowel op politiek als menselijk niveau. Kan een film diezelfde capaciteit bij de kijker oproepen of versterken, als contrast tegen het alomtegenwoordige gevoel van machteloosheid bij de straffeloosheid van politiegeweld?
In mijn eerste gesprekken met de leden van deze solidariteitsinitiatieven leerde ik dat zij erkennen dat er geen kaders bestaan om te praten over de oorzaken van dit systemische, geracialiseerde geweld. Voor de activisten is dit echter geen doodlopend spoor, maar juist een uitnodiging tot verbeelding en oefening.Met deze film wil ik de uitzonderlijk menselijke, fantasierijke en welsprekende manieren naar voren brengen waarop het collectieve werk van tegenonderzoek en herdenking in deze
kringen wordt uitgevoerd. Dit komt tot uiting in het deel waarin de activisten de kracht van taal benoemen. Het afschaffen van het geweld dat inherent is aan het huidige Europese migratiebeleid kan op heel eenvoudige, praktische manieren beginnen: stop met het herhalen van woorden en termen die mensen op de vlucht ontmenselijken. Persoonlijk ben ik gestopt met het gebruik van het woord ‘migrant’, omdat het voor mij een beleidswoord is.
Het is een eenvoudige manier om mensen bewust te maken van het feit dat een humane relatie met deze reizigers in ballingschap al begint met de taal die we gebruiken, iets wat binnen ons eigen talige en lichamelijke vermogen ligt.
Wat ik hoop dat deze film kan doen, is het mede-oefenen van de gedachten, praktijken en gevoelens die aan deze bijeenkomsten ten grondslag liggen. Leren van deze methoden kan ons helpen de middelen te verzamelen die we nodig hebben om gezamenlijk weerstand te bieden tegen de onmenselijke gevolgen van deze Europese “dood door beleid’ migratiepolitiek.

Over de regisseur
Robin Vanbesien is een kunstenaar, cinéaste, onderzoeker en docent, gevestigd in Brussel. Hij onderzoekt vormen van belichaamde kennis en collectieve verbeelding die aan de basis liggen van sociale en politieke zorg, solidariteit en strijd. Hij werkt hiervoor vaak samen met emancipatoire grassroots-bewegingen. ‘Under These Words (Solidarity Athens 2016)’ ging in première op transmediale 2019 en ’the wasp and the weather’ op Cinéma du Réel 2020. Zijn eerste speelfilm ‘hold on to her’ had zijn première op Berlinale Forum
Expanded 2024. In 2017 publiceerde Vanbesien het boek ‘Solidarity Poiesis: I Will Come and Steal You’ (b_books Berlijn). Hij was medeoprichter van The Post Film Collective (2020-2024), dat cinema onderzoekt als een ruimte voor collectieve speculatie, verbeelding en verbondenheid. Hij maakt deel uit van de transnationale werkgroep ‘Cinema as Assembly’ (Institute for Radical Imagination). Sinds 2022 co-organiseert hij de ‘Ciné Place-Making’ study circles in Brussel. Vanbesien behaalde een doctoraat in de kunsten met zijn onderzoek ‘Ciné Place-Making’ en doceert aan de masteropleiding Socio-Politieke Context in Sint Lucas School of Arts in Antwerpen. Enkele van zijn tentoonstellingen, screenings en andere events hadden plaats in: transmediale, HKW (Berlijn), Cinéma du Réel (Parijs), Contour 9 Biennale (Mechelen), Biënnale van Athene, De Appel (Amsterdam), La Loge (Brussel), Sculpture International Rotterdam, WIELS (Brussel), Lumiar Cité (Lissabon), St. Moritz Art Film Festival, Videograms (Vilnius), Arsenal Institut (Berlijn), Objectif Exhibitions (Antwerpen), Extra City (Antwerpen), Kaaitheater (Brussel), Beursschouwburg (Brussel), Netwerk (Aalst), FOMU (Antwerpen), Teatro Maria Matos (Lissabon), Vooruit/Viernulvier (Gent), BUDA (Kortrijk), Tënk, Fondation d’entreprise Ricard (Parijs), Drop City (Newcastle Upon Tyne), Lemesos IDFF.
Praktische Info
Datum: vrijdag 13 juni 2025
Uur: 14u-17u
Locatie: GC Ten Weyngaert (Bongenotenstraat 54, 1190 Vorst)
Tickets zijn gratis, maar enkel op reservatie (beperkte plaatsen).
Wil je erbij zijn? Stuur ons dan een mailtje op soundimageculture@gmail.com